Hoogtepuntjes

Na zes weken geen leerlingen te hebben gezien, werd ik zo’n leerkracht die er naar uitkeek om weer aan het werk te gaan. Dit jaar mocht ik starten in groep 3 van het SO cluster 2. Waarom ik zo geniet van mijn werk?
Omdat ik mij elke ochtend vrolijk voel zodra ik de blije koppies uit mijn groep over de gang zie lopen richting het lokaal. Zoals vandaag. Ik sta in de deuropening en een leerling komt hard lopend (rennen mag niet, wij lopen op de gang) richting ’t lokaal. Druk zwaaiend en met een brede glimlach. “Ho joef,” komt er uit deze’ tosser’ terwijl hij mij de hand schudt. Hij loopt de klas in met z’n tas in zijn hand en springt van letter naar letter, die op de grond geplakt zijn. “i, m, r!” roept hij, om vervolgens weer naar de gang  te lopen en weer naar binnen te komen om hetzelfde riedeltje te springen. Hij kijkt me wat ondeugend aan, als hij langzaam weer richting de gang loopt. Met een ‘vooruit dan maar’ blik zeg ik “nou, nog één keer dan!” en hij springt voor een derde keer. 
Langzaamaan stroomt de klas vol. Een jongen praat (onverstaanbaar) door de stille klas. Niemand lijkt zich eraan te storen, maar ik kijk wel zijn kant op. Zodra hij het ziet, begint hij in een licht hijgende vorm “r-oo-s roos! r-oo-s roos! r-oo-s roos!” uit te stoten en ik kan niet anders dan heel hard lachen en hem een high five geven. We hebben het woord gisteren oneindig veel geklapt en hij heeft het onthouden. Inmiddels weet ik hoe deze jongen praat. Het continu uitstoten van klanken, al dan niet verstaanbaar of vormend tot een bestaand woord, maar met veel plezier.
“R, r, r, r!!” roept hij nogmaals door de klas terwijl hij wild gebarend met zijn rechterhand mijn aandacht trekt die inmiddels elders is, en met links wijst naar de r die halverwege zijn naam staat. Hij glimt van trots terwijl hij mij met zijn grote, sprekende ogen aankijkt. Hij heeft de r in zijn naam. Ik vertel de klas dat ze even hun potlood neer mogen leggen en mogen luisteren naar deze jongen, die op zijn wijze aan de klas mededeelt dat hij de r in zijn naam heeft. De kinderen kijken naar hun eigen naam. Spontaan beginnen kinderen letters uit hun naam te herkennen en te benoemen. Wat een feest!
Sommige kinderen spreken nog een geheimtaal die ik niet begrijp. Kinderen met een TOS kunnen slecht verstaanbaar zijn of in (voor mij) raadsels spreken. Al na anderhalve week geniet ik van de vooruitgang die ik boek in het begrijpen van elke individuele leerling en het ontcijferen van hun eigen geheimtaal.
Ik geniet van voor de klas staan omdat elk kind leuk is. Zelfs kinderen waarvan je soms een diepe zucht slaakt of waarvan je met moeite je mimiek in kan houden omdat het kind iets onverwachts geks doet, stelen je hart. En zij voelen mijn blijheid, denk ik. Want ik zie tot nu toe elke dag alleen maar blije gezichten. Mijn blije humeur wordt gereflecteerd op elk kind. Het is een positieve spiraal.
Ik hou van mijn werk en ben dol op mijn leerlingen.  En elke ochtend ontstaat een lach op mijn gezicht zodra de eerste leerling zijn hoofd om de hoek steekt.
blog 4

Plaats een reactie